Woensdag

Nog een klusdag in Khartoum. De motoren werden compleet gesloopt, want de opknapbeurt door de plaatselijke monteur heeft niet veel opgeleverd. Gelukkig hebben Piet, Jack en Maarten een paar gouden handen.

Zij gaan proberen van twee slechte motoren een goede te maken. Anderen houden zich bezig met de laatste klusjes. Erik, Marijke en Anita gaan naar de stad met een boodschappenlijstje. Naar de Toyota-onderdelen shop, op zoek naar moeren en schroeven enzovoorts.

Scheuren door de stad
Met de vaste taxichauffeur – Feisal – scheuren we door de stad. Tussendoor eten we een lekker broodje (soort shoarma) downtown. Heerlijk, zo’n broodje warm vlees. Daarna nog even over de markt sjouwen en weer naar het seminarie. Op de markt verse groente en fruit gekocht voor het avondeten. De afspraak is dat Feisal ons om 15.30 uur komt ophalen.

Maar Feisal is er niet op de afgesproken tijd. Na een half uur wachten stapt er een Soedanees op Erik op. “Telefoon voor je”. Je had het gezicht van Erik moeten zien. Erwin aan de lijn, die bij Feisal in de auto zit en ons niet op tijd kan oppikken. Dan maar een taxivriendje gebeld die ons naar huis brengt.

Gouden handjes
Het terrein rondom de auto’s wordt steeds leger. En alles ziet er geordend uit. Zelfs het vrachtruim van de MAN8 is strak georganiseerd. Het team met de gouden handjes is nog steeds aan het klussen en ze hebben er alle vertrouwen in. Even een onderbreking voor het avondeten en de heren gaan weer vrolijk verder.

Als je alle onderdelen ziet liggen op een grote tafel, denk je dat het bijna onmogelijk is dat er weer een motor van te maken is. Rond 23.00 uur stoppen ze er dan toch mee en met de belofte dat het morgen nog slechts een uurtje klussen is en dat het vertrek in zicht komt, stemt iedereen tevreden. Nog een klein drankje en de laatsten gaan om 5.00 uur ’s ochtends naar bed.