Dag 8

We verlaten Ouagadoudou vroeg omdat we ’s middags dichtbij de grens willen eindigen. Het neemt enige tijd in beslag voordat we de grote stad uit zijn. De mensen op het platteland zijn heel vriendelijk, iedereen zwaait naar de trucks.

Snelle jelles
We stoppen voor de lunch dichtbij een nederzetting met een waterput. De kinderen komen overal tevoorschijn en vinden de trucks reuze interessant. Ze verzamelen zich onder een boom en kijken met interesse naar onze bezigheden. Het ziet er niet naar uit dat deze kinderen naar school gaan.

Eri deelt Snelle Jelles uit die in dankbare verlegenheid in ontvangst worden genomen. In het laatste stadje dat we tegenkomen heeft Jim een tankbeurt gepland. Het service niveau van het tankstation blijkt hoog, een pompbediende maakt twee pompen meteen vrij voor de vrachtwagens.

Het verklaren van de liefde..
Bij het volgooien van de extra tank binnenin de MAN6 probeert een medewerker ons duidelijk te maken dat het koken van soep op gas en diesel tanken in dezelfde binnenruimte niet verstandig is, we zijn hem dankbaar voor z’n oplettendheid.

Een oude medewerker zonder tanden en met een overdosis zelfvertrouwen verklaart iedere vrouw uit ons gezelschap de liefde en staat al snel met pen en notitieblok klaar om haar telefoonnummer te noteren. Een vriendelijke medewerkster voorkomt dat Ingrid het boodschappenmandje meeneemt naar Marokko.

De laatste kilometers voor de grens
We leggen de laatste kilometers af en stoppen 70 kilometer voor de grens om kamp te maken midden in de natuur, de eerste keer tijdens de reis. Ook hier loopt het hele dorp uit om ons te bekijken. Jim legt een touw neer als een denkbeeldige erfafscheiding, niemand stapt er overheen.

Als het donker wordt verdwijnen de mensen naar hun hutjes en hebben wij onze privacy terug.