Woensdag
Gelukkig was het schoolhoofd ook vroeg op en blij met het schoolpakket, dat we hem gaven.
Op naar Bafoussan
Het was de snelste start tot nu toe: zes uur op en klokslag zeven uur reden we het terrein af richting Bafoussan, want we hadden nog heel wat kilometers in te halen. Jammer maar helaas: halverwege de ochtend kreeg de MAN 4 een lekke band.
Die hebben we ter plekke gerepareerd, maar dan ben je wel anderhalf uur verder, want het zijn geen Fiatjes. Toen door, via Bafang en Koubala naar Bafoussan. Goede weg, asfalt en een lange klim naar boven (1300 m). In Bafoussan hebben we geld gewisseld en wat gedronken.
Wiel gewisseld
Daarna werd de weg onverhard (lees slechter), en na Founban begaf de gerepareerde band het andermaal. We hebben toen maar een heel wiel gewisseld; dat gaat sneller.
Om half zeven kamp gemaakt, ergens rustig langs de weg, niet in de buurt van een dorp, school of huizen. Voor de motorrrijders was het tot nu toe voornamelijk asfalt, maar wel heerlijk sturen op zo’n Yamaha off road.
En na Founban werd het pas echt leuk: onverhard, zand, stof en kuilen. A la Parijs-Dakar, maar dan niet op snelheid. Betere illustratie van een ‘dust road’ is er niet.
Landbouw en veeteelt
Het landschap is inmiddels veranderd, het regenwoud ligt inmiddels achter ons, de begroeiing wordt minder, er is meer ruimte voor landbouw en veeteelt. Af en toe komen we kuddes koeien met mooie wijde hoorns tegen, begeleid door herders.
Islamtische cultuur
Ook zie je meer tekenen van de islamitische cultuur: moskeeen, kleding, hoofddoeken, halve maansikkels, en een chauffeur die zijn vrachtwagen aan de kant zette om zijn gebeden richting Mekka te doen op zijn gebedsmatje.
In Kameroen is 40% christelijk, 40% moslim, en 20% wat anders. Vooral Koubala deed islamitisch aan, al zijn de mensen hier nog wel gewoon zwart.