Donderdag

Wakker worden met tropische geluiden en geblaf op de achtergrond van Marlou. Die heeft het behoorlijk te pakken en is goed ziek. Ook Marco heeft sinds gisteravond koorts. De MAN6 boven is voor vandaag de ziekenboeg. De stoelen achterover en slapen.

Behoorlijk klimmen
Onze kampeerplek ligt op een hoogte van 800 m. Dat betekent dat ons een behoorlijke klim te wachten staat. Gondar ligt nl. op 2270 m. De weg stijgt inderdaad behoorlijk snel. Op een gegeven moment stijgen we 50 m per minuut. Het uitzicht is waanzinnig.

Helaas betekent wel erg hard werken voor de auto’s. De MAN6 kampt met vuile brandstoffilters waardoor de vrachtwagen bijna geen vermogen heeft. De motor wordt zelfs zo warm dat er gestopt moet worden. Rode lampjes betekent stoppen en afkoelen.

Ook de Toyota kampt met een kokende radiateur. Het ding lekt ook behoorlijk. Na bijvullen zakt de temperatuur gelukkig. In Gondar gaan we op zoek naar Leak stop. Dit middel vult eventuele gaatjes en dan moet het probleem verholpen zijn.

De weg blijft nog steeds stijgen en de vergezichten niet te beschrijven. We stoppen regelmatig om foto’s te nemen. Ook Maarten is in zijn element en maakt mooi filmopnames.

Gondar
In de verte zien de grote stad Gondar opdoemen. De mensen zien er veel moderner uit dan in Sudan. Geen witte jurken meer, maar Europese kleding. Door al het stoppen onderweg is het al 15.00 uur. We besluiten richting het Noorden te rijden naar de Simien Mountains.

Op de terugweg nemen we de tijd om Gondar te bezichtigen. Gondar is een oude koningsstad uit de 17 e en 18 e eeuw. Wel tanken we water, zodat we weer even vooruit kunnen. De weg richting de Simien Mountains stijgt nog meer dan we vandaag al gedaan hebben.

Op het eerste enigszins vlakke plekje maken we kamp op een hoogte van 2760 m. Uit de wind in het zonnetje is het nog uit te houden, maar zodra de zon achter de berg zakt, voelt het koud aan. Dat wordt vroeg naar bed vanavond.