Dinsdag

Om 10.00 uur verlaten we Jinka, na het voltanken van de auto’s en het wisselen van geld. We hebben wat moeite van het zoeken naar de juiste route richting de ingang van het Mago National Park, maar na een paar keer vragen in het dorp komen we op een track terecht.

Met de auto’s door het water
Voor onze neus verschijnt een rivierbedding die we moeten doorkruisen. Leuk met de auto’s door het water. In de rivier baddert de bevolking en doet de was. Voor hun moet het ook een mooi schouwspel zijn om naar te kijken.

Zonder natte voeten bereiken we de andere kant van de rivier en rijden we verder. Na enkele kilometers komen we bij het checkpoint. Over 27 km is de officiële ingang van het park. We kiezen ervoor om eerst naar de Mursi te rijden, zo’n 70 km verderop.

De Mursi
De Mursi is de stam met de beroemde schotellippen. Ze staan bekend als niet al te vredelievend, maar we besluiten geen gids mee te nemen. We volgen een track, die eerst goed berijdbaar is, maar na verloop van tijd slechter wordt.

Dat komt ook, omdat we een bergrug moeten bedwingen. Smalle paden die stijl omhoog en omlaag gaan. De auto’s doen het goed. Af en toe lijkt het op traplopen over de keien. Veel droge rivierbeddingen dienen als pad.

Soms zitten er zulke diepe geulen in het pad die je alleen maar stapvoets kunt passeren. Na de bergrug komen we op een grotere vlakte terecht en vlak voordat we het gebied van de Mursi bereiken, is er een slagboom over de weg.

De ontmoeting
Hier nemen we een guard mee (met geweer) van het nationale park. We vinden het niet echt nodig, maar het is verplicht. Vol spanning kijken we uit naar de ontmoeting met de stam van de schotellippen.

De guard vertelt ons dat we de Mursi moeten betalen als we hen fotograferen ( 1 iemand op de foto is 2 Birr, 2 personen is 4 Birr). Het dorp loopt uit, zodra ze ons in het vizier hebben. We zijn nog niet uitgestapt of er wordt aan alle kanten aan je getrokken. ‘Photo, photo’, wordt er geroepen.

Prachtig versierd
Zodra iemand zijn camera te voorschijn haalt, willen ze allemaal op de foto. De mensen zien er prachtig uit. Veel mannen hebben beschilderde gezichten en dragen mooie hoofdtooien. De vrouwen hebben een schotel in hun lip en dragen zilveren armbanden om hun armen en benen.

De mensen zien er zo geweldig uit, dat je bijna niet weet waar je kijken moet. De schotels die de vrouwen in hun lippen dragen, willen ze graag verkopen. Sommige zijn bereid hun schotel te ruilen tegen een paar zeepjes. Als de vrouwen de schotel uit een lip halen, zie het er bizar uit. De onderlip hangt dan losjes naar beneden.

Blij met de guard
De Mursi zijn erg opdringerig en nu we begrijpen we waarom de guard erbij is. Sommige Mursi-mannen zijn nogal handtastelijk en na een tijdje worden we er gek van. Als iedereen zijn plaatjes heeft geschoten, stappen we in de auto’s om naar de ingang van het park te rijden waar we kunnen kamperen.

Om 16.30 uur glimt een koud drankje ons tegemoet bij de bar van de kampeerplaats. Dat lest de ergste dorst, want je kunt het bijna niet bijdrinken in deze temperaturen. Overdag loopt de temperatuur op naar 40º C.

Badderen
We vinden een prachtige kampeerplek vlakbij de rivier. De rivier stroomt goed en een paar vrouwen zijn aan het badderen. Dat ziet er zo uitnodigend uit, dan we binnen de kortste keren ook in de rivier liggen om ons uitgebreid te wassen. Daar knap je van op.

Moe van alle indrukken kletst iedereen na het eten nog uitgebreid met elkaar onder het genot van een biertje.